Mijn schaakboeken door Aad van den Berg

Ik ben geboren in 1939 en opgegroeid op een veehouderijbedrijf in Moordrecht. Schaken heb ik geleerd van mijn vader. Hij was een schaakliefhebber, ook mijn drie broers schaakten. Begin jaren '60 werd mijn vader lid bij Messemaker in Gouda. Schaken in clubverband is bij mij pas begonnen, na mijn studieperiode en militaire dienstplicht, in 1966 bij De IJssel in Moordrecht, opgericht in 1963. Ook mijn vader was daar inmiddels lid. Anno 2020 ben ik daar, hoewel ik inmiddels al jaren in Gouda woon, nog steeds lid.

Mijn eerste schaakboek (en)

Net als bij vele schakers in de jaren '60-'70 was bij mij Max Euwe het grote voorbeeld. Het eerste of in ieder geval een van mijn eerste boeken was zijn boek Oordeel en Plan, de strategie van het schaken. Voorts ook de boeken Meester tegen amateur en Amateur wordt meester van Max Euwe/Walter Meiden. Naast de openingenserie van Euwe ook het Openingen Vademecum van Frits Roessel. Voorts ook boekjes uit de Praktische Schaakboekerij: Kombinaties en valstrikken in de opening van B. Weinstein en Hoe men de opening speelt van A. Suetin.

Het laatste schaakboek dat ik heb gelezen

Dat was de Anekdotengids voor Schaakliefhebbers. Een verzameling van eerder in diverse media gepubliceerde korte grappige verhalen en wetenswaardigheden over schaken van de 6e tot de 21e eeuw door Rob Spaans (2019). Minder indrukwekkend als de boeken hieronder, maar leuk om af en toe in te lezen. 

Het schaakboek dat de meeste indruk maakte

Dat moet bij mij eigenlijk 'schaakboeken' zijn. Op verschillende terreinen heb ik schaakboeken die om een bepaalde reden indruk maakten. Ik kies dan voor: